Om deze vakantie netjes af te sluiten, blijf ik u nog een keer vervelen met het thema ‘hof’. We hebben er nu eenmaal redelijk veel van.
Ergens vorig jaar besloten we dat enig snoeiwerk geboden was. Je kon al onderaan door de verhouting van de rododendrons gluren. Dat mocht niet zijn! Gewapend met een gevaarlijke zaag knotte moose ieder stuk groen gespuis in waar ik naar wees. Zoals dat wel eens meer gaat in het leven, zo ook in het tuinleven, verloren wij onszelf een beetje in de aviditeit van het moment. Snoei snoei, knip knip en zaag zaag. Slechts anderhalve mum duurde het eer de tuin de kale allures kreeg van een landschap na de sprinkhanenplaag. Plots werd de mogelijkheid om naakt op Madonna te dansen in de woonkamer gereduceerd tot nul. Om te redden wat er te redden viel, bouwde ik een takkentoren met het groenafval en positioneerde die zodanig, dat de privacy toch een stukje teruggewonnen werd. Maar blootswingen bleef buiten de mogelijkheden.
De tuin aan de voorzijde (zuidkant) van het huis met terras en schaduwplekjes, werd omwille van al dat bovenstaand gepallepoter, dit buitenseizoen overgeslagen en wij verhuisden naar de achterkant. Zoals iemand opmerkelijk al aanhaalde, wilden we daar een beetje zomerbaratmosferen nabootsten. Maar het zou nog beter worden : in mijn hoofd zat een afdakje van zeildoek alwaar alle buitenbedrijvigheden konden plaatsvinden. Na enkele pogingen experiment ontstond daar wat ik ‘mijn expeditie robinsonplaatsje’ noem. Had je me toen getaxeerd met een fierheidsmeter, hij sprong ter plekke kapot in mijn gat. Zo trots waren we op onze creatie dat we alle pauwen het nakijken gaven. Ik berekende de aantallen personen voor op tuinfeestjes, ik zag in mijn fantasie de buitenkeuken al stomen en al mijn schrijfwerkjes werden afgehandeld op de tafel onder het zeil.


Op andere blogs naaien ze een boekentas en nog een en 60 mensen reageren van ‘knap, tof, mooi, wauw, kwildatook’ en dat is dan dat. Ik wou dat dat stramien bij zappelmoose ook zo hoorde. ‘Schoon, kwilkomen, fantastisch, …’ en wij blij.
Ondertussen zouden wij toch al beter mogen weten. Wij halfgaren.
Maandag na Onze Heer Hemelvaart. Vijf uur ’s namiddags. Buitje van een kwartier. Het water gutste langs de dakramen naar binnen. Emmers, curverboxen, alle handdoeken die onze badkamer herbergt en vier kinderen die met een dweil over en weer poingten als een kaatsbal. Een passaatstorm is het kleine broertje van wat wij meemaakten.
Meteen ook het einde van de expeditie voor deze hortoloog.

Maar hou u vast als volgend jaar de lentezon komt aanzetten!
Het vernieuwde plan zit al in het koppie. En als dan ook de rododendrons terug dichtgegroeid zijn, dan houden we een feestje in onze flikker! Of dacht je dat Vrijdag een pak aan had?